Nu de natiestaat steeds meer de autoritaire weg opgaat, blijkt de stad de plaats van de weerstand te zijn. Met een belangrijke rol voor de lokale politiek én de civiele maatschappij.

De trekzakrevolutie in Gent, © Sammy Van Cauteren
Democratie staat onder druk in de gehele wereld. De Economist Democracy Index stelt dat in 2024 slechts 6,6% van de wereldbevolking in een volkomen democratie leeft (25 landen), 38,4% in onvolledige systemen (46), 15,7% in hybride regimes (36) en 39,2% in autoritaire regimes (60). Verschillende andere indexen vertonen dezelfde tendens. Het Democracy Report 2025 van het Zweedse V-Dem Institute zegt dat wereldwijd de democratie voor de gemiddelde burger op het niveau van 1958 staat, dat autocratiserende landen (45) nu de overhand hebben op democratiserende landen (19) en dat nu 72% van de wereldbevolking in een autocratie leeft. Die data gaan over de formele kanten van de democratie.
Overal zien we ook een achteruitgang van de kwaliteit van de democratie, van het niveau van het publieke debat en vooral een toenemende kloof tussen burger en politiek. Veertig jaar lang heeft het neoliberalisme een TINA-beleid gevoerd (There Is No Alternative) en zo het maatschappelijk debat lamgelegd. In dat klimaat namen sociale media, populisme en infotainment de vorming van de publieke opinie over. Daar ligt de basis van de voortdurende verrechtsing. De sociaaldemocratie ging eraan ten onder. Het liberalisme regeerde onder de hegemonie van het drieluik dat de markteconomie, individuele vrijheid en democratie aan elkaar bond. Vandaag, nu de economie meer steun van de staat en bezuinigingen vraagt, nemen conservatieve en autoritaire tendensen het over. De markt vereist blijkbaar niet langer vrijheid en democratie. Het conservatisme neemt het over van het liberalisme.
AUTORITAIR BELEID IN EUROPA
Democratie, mensenrechten en de rechtsstaat staan ook onder druk in vele Europese landen, en zelfs in het Europees Parlement na de verkiezingen van juni 2024.
Volgens peilingen had extreemrechts direct een kwart van de 720 zetels kunnen halen. Dat was een overschatting. Het zogenaamde centrum verschoof zelf voldoende naar rechts om een deel van het electoraat bij te houden. De EVP (188 zetels) won zelfs 10 zitjes, de S&D (136) verloor er 4. Grote achteruitgang was er voor de liberalen (77) met 25 zetels en de Groenen (53) met 19 zetels. De conservatieven en uiterst rechts nemen de winst. Ze zijn (gelukkig) verdeeld tussen de PfE (84 zetels), ECR (78) and ESN (25), samen dan wel goed voor een kwart van de zetels. Rechtse populistische partijen regeren in Hongarije (Fidesz), Italië (Fratelli d’Italia), Zweden (Zweden Democraten), Finland (Finse Partij), Slovakije (Slovaakse Nationale Partij), Kroatië (Thuisland Beweging) en Nederland (PVV). Ze braken door in Duitsland (AfD), Frankrijk (Rassemblement National), Oostenrijk (Freiheitliche Partei Osterreichs) en Roemenië (Alliantie voor de Unie van de Roemenen). De nieuwe Europese Commissie nam de Fratelli d’Italia van Giorgia Meloni aan boord. Raffaele Fitto werd een extreemrechtse vicevoorzitter.
Zowel op het vlak van de EU als in verschillende landen kan een meer autoritair beleid worden verwacht.
Zowel op het vlak van de EU als in verschillende landen kan een meer autoritair beleid worden verwacht. Mensenrechten en rechtsstaat staan ter discussie. Dat is al voelbaar in de harde repressie van de Palestina-solidariteit in landen als Duitsland, Frankrijk of het VK.
STEDELIJKHEID VRAAGT DEMOCRATIE
In de twintigste Paul Verbraekenlezing, gehouden in maart, stelt Prof. Stijn Oosterlynck daar de “Stem van de Stad” tegenover. De tekst is gepubliceerd bij OWL-Press. Hij vertrekt van de zogenaamde trekzakrevolutie in Gent eind 2024, waarbij een gemobiliseerd middenveld tussenkomt in de lokale coalitiebesprekingen. Wij hebben zelf al opgemerkt hoe in Polen, of Hongarije, of Turkije steden als Warschau en Gdansk, of Boedapest (nu rond het verbod op de Gay Pride), of Istanbul (Ekrem Imamoglu zit nog steeds in de gevangenis) in het verweer zijn tegen de autoritaire staat.
Stijn Oosterlynck analyseert het waarom van dat spanningsveld. Aan de ene kant bekijkt hij de staatsvorming sinds het Verdrag van Westfalen in 1648 en zeker sinds de 19de eeuw met de moderne natiestaat. Staatsvorming is het product van oorlogsvoering en de noodzaak tot financiering van een centraal apparaat. Ze steunt op dwang en heeft zich gevormd tegen de stedelijke autonomie in. Met natievorming en culturele homogenisering zocht de staat ook naar instemming van de bevolking. Die pacificatie leidde uiteindelijk tot de ontwikkeling van welvaartsstaten waarin overheidsdiensten en sociale herverdeling worden aangeboden. Maar dat model botst nu tegen haar grenzen. Door de mondialisering en het openbreken van markten. Door de toegenomen diversiteit, ook binnen “het volk”, die de solidariteit in vraag stelt. Rechts en vooral uiterst-rechts wil daarom die solidariteit tot het “eigen volk” beperken.
In steden ontwikkelt zich sociale innovatie om structurele sociale noden anders aan te pakken.
Zowel armoede als diversiteit tonen in een stedelijke context een heel ander gelaat. Armoede in de stad is immers structureel en niet conjunctureel. Alle nationale maatregelen ten spijt, arbeidsmarktbeleid en activering, dwang en vriendelijke uitnodiging, in de stad blijft een grote groep hulpbehoevenden die niet door de economie worden geholpen. Daar ontwikkelt zich de stedelijke sociale innovatie om die structurele sociale noden anders aan te pakken. Voorbeelden zijn – Oosterlynck heeft ze zelf uitgebreid onderzocht – wijkgezondheidscentra, deelinitiatieven, kringloopwinkels, stadslandbouwinitiatieven, buurtontwikkeling, kindercrèches in zelfbeheer, huisvestingscoöperatieven, sociale kruideniers en participatief parkbeheer. Die initiatieven ontwikkelen zich aan de marge van de bestaande voorzieningen. En, opvallend, het gaat vaak om initiatieven die ‘plaatsgebaseerd’ zijn.
Steden gaan ook anders om met etnisch-culturele en geracialiseerde verschillen. Assimilatie en integratie in de heersende cultuur, zoals conservatieven en nationalisten willen, is noch wenselijk noch mogelijk. Steden zijn superdivers en hebben dikwijls geen overheersende groep. Net zoals bij sociale innovatie hebben deze nieuwe vormen van solidariteit met elkaar gemeen dat ze vertrekken vanuit de gedeelde ruimte, besluit Oosterlynck.
Net zoals bij sociale innovatie, hebben nieuwe vormen van solidariteit met elkaar gemeen dat ze vertrekken vanuit de gedeelde ruimte.
Het argument leidt tot twee belangrijke conclusies. Nu de natiestaat steeds meer de autoritaire weg opgaat, blijkt de stad de plaats van de weerstand te zijn. Omdat de politiek van sterke staat, bezuiniging, culturele canonisering en economische competitiviteit de stedelijke samenleving sterk onder druk zet. En, in dat spanningsveld is het niet alleen de lokale politiek maar vooral ook de civiele maatschappij die een specifieke opdracht krijgt: de politisering van het middenveld is aan de orde.
EEN STAD IS GEEN LAND
Deze schitterende analyse van Stijn Oosterlynck versterkt een argument dat we al lang uitdragen: een stad is geen land. Zoals het in deze wereld uit de tijd is om een samenleving alleen te beschrijven binnen de staatsgrenzen, zo is het ook verkeerd om steden alleen te beschouwen als lokale besturen. De stad blijkt een fundamenteel andere vorm van samenleven. Sociaaleconomische uitsluiting én superdiversiteit zijn er structureel aanwezig. En dus moeten er nieuwe vormen van samenhang en solidariteit, van herverdeling en van economische activiteit worden bedacht. Stedelijke politiek is van een andere soort dan nationale politiek. Het wordt tijd dat partijen dat inzien. Het is een voorwaarde voor hun eventuele heropleving.
Stedelijke politiek is van een andere soort dan nationale politiek. Het wordt tijd dat partijen dat inzien.
De weerstand tegen de autoritaire tendensen en de aantasting van democratie en mensenrechten zal uit de steden komen. Een stedelijke samenleving heeft een ander ontwikkelingsmodel nodig, waarin nieuwe plaatsgebonden solidariteit ontstaat, waarin een lokale circulaire economie wordt ontwikkeld, waarin tussen markt en staat verschillende vormen van commons ontwikkelen, en waarin economie aan duurzaamheid is vastgeklonken. Zo’n model kan niet alleen door de politieke overheid worden geleverd. Een (nieuw) sociaal contract en een hechte samenwerking met het middenveld is noodzakelijk. Een nieuw welvaartsmodel uitwerken kan niet langer op het vlak van een land of een gewest. Het moet meerschalig zijn en beginnen vanuit de bouwsteen van het lokale ecosysteem.
Dat het middenveld rechtstreeks tussenkomt in de lokale politieke arrangementen ziet men niet alleen in Gent. Ook in de Brusselse politieke impasse die al bijna een jaar aansleept ziet men een activering van culturele en sociale organisaties en politieke manifesten vanuit het academische en maatschappelijk middenveld. Meer dan vijftien jaar geleden was daar in Brussel al een Staten-Generaal van het Brusselse Middenveld uit ontstaan. Ruim tien jaar geleden ontstond Hart boven Hard tegen de bezuinigingspolitiek.
De politieke arena krijgt stilaan nieuwe vormen. Binnen elk land vergroot de spanning tussen rechtse nationale regeringen en lokale besturen. De weerstand tegen autoritarisme en bezuinigingen nopen steden tot het ontwikkelen van alternatieve vormen van economie en solidariteit. Eerder dan zich te richten op doelgroepen en culturele gemeenschappen, is het zaak gebiedsgerichte solidaire projecten op te zetten. Die shift van doelgroep naar gebied is volop aan de gang en noopt ook het middenveld tot een grondige herstructurering (ook rationalisering) en transversale samenwerking. Dat zal gebeuren via een samenwerking met de lokale politiek in een overlegd stadsproject. De strijd voor de democratie is ook een strijd voor een nieuwe samenlevingsopbouw en dus voor vernieuwd burgerschap.
Het verzet tegen de autoritaire verleiding van regeringen zal komen uit genetwerkte steden, gecombineerd met een vernieuwd Europees project.
Twee eeuwen lang is democratie vereenzelvigd met de nationale staat, met het land. Deze eeuw hertekent het politieke veld. De meerderheid van de mensen woont in een stedelijke context. En die steden zijn knooppunten in transnationale, continentale netwerken. Het verzet tegen de autoritaire verleiding van regeringen zal komen uit die genetwerkte steden, gecombineerd met een vernieuwd Europees project. De herverkaveling van de politiek zal ook nieuwe ideologieën en partijvormen voortbrengen. Het grootste Europese stedennetwerk, Eurocities, heeft de verdediging van de democratie hoog op de agenda staan. En ook de summit van het Global Parliament of Mayors, die begin juni in Braga doorgaat, draait om democratie.
Abonneer je op Samenleving & Politiek

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.