Urenlang spreken zonder effect op de wet? Toch doen politici het graag. Want in een systeem waar macht schaars is, is zichtbaarheid goud waard.
© ID/Bart Dewaele
Kamerlid Vincent Van Quickenborne (Open VLD) was vorige week in de bevoegde Kamercommissie meer dan 40 uur aan het woord als protest tegen een wetsontwerp om fiscale fraude te bestrijden. Filibusteren heet dat, maar het veranderde inhoudelijk niets aan het ontwerp. Waarom doen Kamerleden dan toch zulke zaken?
Van Quickenborne is zeker niet de eerste die dit doet. Jean-Marie Dedecker deed het al in 2003 als protest tegen het migrantenstemrecht. Hij wijdde urenlang uit over van alles en nog wat in de Senaat: hij betrok er zelfs de koning van Thailand bij (wiens naam hij maar moeilijk kon uitspreken). Hun non-sensicale woordenbrij uitgesproken in het Paleis der Natie (waar het volk zou moeten vertegenwoordigd worden) geeft een vreemde indruk. Premier De Wever noemde het "geen volwassen gedrag". Bovendien hebben hun interventies niet kunnen verhinderen dat het wetsontwerp goedgekeurd werd. Anders dan in de Amerikaanse Senaat of het House of Commons in het Verenigd Koninkrijk kan wetgeving bij ons niet tegengehouden worden door een debat over tijd te laten gaan. Waarom voeren parlementsleden dan toch zulke circusacts op?
Anders dan in de VS kan wetgeving bij ons niet tegengehouden worden door een debat over tijd te laten gaan.
Dat zou wel eens kunnen te maken hebben met de onmacht van het parlement. Het parlement (en de bijhorende parlementsleden) hebben inderdaad weinig echte macht. Zelf wetgeving ontwikkelen en laten goedkeuren is een zeldzaamheid, net als de regering echt het vuur aan de schenen leggen. Dat heeft een aantal oorzaken: de beperkte bestaffing (zeker in vergelijking met de rijkelijk gestoffeerde kabinetten van de regering), Europeanisering waarbij enkel akte kan worden genomen van beslissingen die elders beslist zijn, en het spel van meerderheid en oppositie gedirigeerd door de politieke partijen.
Tegelijkertijd moeten parlementsleden zich in de kijker werken om partij en kiezers te overtuigen van hun kwaliteiten, en om hun partij electorale wind in de zeilen te geven. In tijden van grote electorale volatiliteit, waarbij politici en partijen even snel in de volksgunst geraken als er weer uit (en dus nooit heel zeker zijn van hun politieke bestaan), is dit steeds belangrijker geworden. Omdat zichtbaarheid realiseren moeilijk is door echte impact te hebben, zien we dat parlementsleden actiever zijn dan ooit tevoren: het aantal vergaderingen, wetsvoorstellen, en mondelinge en schriftelijke vragen in de Kamer van Volksvertegenwoordigers neemt toe doorheen de tijd. Het gebrek aan beleidsimpact proberen Kamerleden te compenseren door werkijver.
En dat blijft niet zonder gevolgen. Onderzoek heeft inderdaad aangetoond dat partijen naar parlementaire activiteiten kijken als ze hun kandidatenlijsten voor de volgende verkiezingen moeten samenstellen. Actieve Kamerleden hebben meer garantie op een (zichtbare) plaats op de lijst dan minder actieve Kamerleden. Dit lijkt vooral te spelen voor nieuwe Kamerleden, voor wie hun eerste legislatuur een soort proefperiode is op basis waarvan de partij beslist om al dan niet met hen verder te gaan.
Actieve Kamerleden hebben meer garantie op een (zichtbare) plaats op de lijst dan minder actieve Kamerleden.
Kiezers kijken minder dan partijen naar aantallen voorstellen of parlementaire vragen bij het maken van hun keuze. Parlementaire activiteiten verlopen voor hen vaak uit het zicht, alle inspanningen van Villa Politica ten spijt (al worden daar vaak ook andere actoren zoals ministers en partijvoorzitters geïnterviewd met enkel het parlement als decor). Wanneer parlementsleden hun werk zichtbaar weten te maken (zoals Van Quickenborne vorige week), dan wordt dit wel beloond door de kiezer. Dat geldt in het bijzonder voor parlementsleden van oppositiepartijen, voor wie het parlement hun voornaamste forum is. Zichtbaarheid in het parlement wordt zo belangrijk om herkozen te worden. Alle middelen, zelfs filibusteren, blijken daar goed voor te zijn. Want als Van Quickenborne één zaak heeft weten te bereiken, dan is het wel dat er over hem, zijn partij en zijn verzet tegen het gebruik van nieuwe data-technieken om fraude te detecteren, wordt gepraat. Men kan de aandacht voor dit parlementaire debat toejuichen, al zou het ook wel goed zijn als er later evenveel aandacht zou zijn voor parlementaire debatten die meer inhoudelijk van aard zijn.
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.
