Niets uit het regeerakkoord wijst er op dat minder vluchtelingen opvangen, beter zou zijn om de integratie van wie wel toegelaten wordt te verbeteren.

Het is al herhaaldelijk gezegd: met dit regeerakkoord krijgen we in België het strengste migratiebeleid ooit. Om ervoor te zorgen dat minder asielzoekers in België bescherming zoeken, wordt niet alleen gerekend op het Europees migratiepact en op akkoorden met herkomst- en doorreislanden, maar worden ook de regels fors strenger gemaakt in eigen land.
Vluchtelingen die in een ander land al een asielprocedure lopen hebben, worden niet meer toegelaten tot de procedure in België. Opeenvolgende aanvragen en beroepsprocedures worden maximaal beperkt. Vluchtelingen uit landen waarvoor slechts een lage erkenningsgraad geldt, komen onmiddellijk in een terugkeertraject terecht.
Vluchtelingen uit landen waarvoor slechts een lage erkenningsgraad geldt, komen onmiddellijk in een terugkeertraject terecht.
Er wordt ook duidelijk gemikt op tijdelijkheid van het verblijf van vluchtelingen, die slechts een erkenning krijgen van beperkte duur. In de wet zal worden vastgelegd dat de situatie van herkomstlanden, maar dus ook de vrees tot vervolging van vluchtelingen, regelmatig geëvalueerd zal worden. Als de situatie in het herkomstland verbetert, moeten vluchtelingen het land verlaten. Er wordt in de toekomst gemikt op minder erkende vluchtelingen in de zin van de Conventie van Genève – die vervolgd worden omwille van hun ras, religie, nationaliteit, politieke overtuiging of het behoren tot een bepaalde sociale groep – en meer subsidiaire bescherming van vluchtelingen die een reëel gevaar lopen omwille van oorlog of conflict bijvoorbeeld. Het Vluchtelingenverdrag en de Belgische grondwet kennen aan erkende vluchtelingen nagenoeg dezelfde rechten en plichten toe als aan de Belgen. Dat is echter niet zo voor subsidiair beschermden. Daarom zal nu erg toegekeken worden op een veel striktere interpretatie van de erkenningscriteria uit de Conventie.
Er komen ook strengere regels over wie in aanmerking komt voor opvang. Dat wordt voor alle asielzoekers enkel materiële opvang in collectieve centra. Van zodra het aantal vluchtelingen dat bescherming zoekt vermindert, worden niet enkel de hotelopvang maar ook de opvang in lokale opvanginitiatieven (LOI’ s) in de gemeenten afgebouwd.
Het luidt dat deze strenge regels bedoeld zijn om de “vluchtelingen die hier dan toch aankomen beter te kunnen opvangen en sneller de taal te kunnen aanleren en aan een job te helpen”. Maar die intentie wordt niet waargemaakt in het regeerakkoord. Wel integendeel. Er komen nogal wat extra obstakels die integratie moeilijker maken.
Iemand een idee van welk inkomen nieuwkomers moeten leven tijdens de vijf jaar wachttijd? Iedereen meteen aan het werk?
Zo krijgen alle nieuwkomers – zowel subsidiair beschermden als migranten – slechts na vijf jaar wettig verblijf in België toegang tot sociale bijstand. Iemand een idee van welk inkomen nieuwkomers moeten leven tijdens die vijf jaar wachttijd? Iedereen meteen aan het werk? Voor erkende vluchtelingen gaat het recht op bijstand, dat ze krijgen onmiddellijk na hun erkenning als vluchteling, gepaard met een versterkt integratietraject. Als dat niet gerespecteerd wordt, wordt er gesnoeid in het leefloon. Vluchtelingen met subsidiaire bescherming of tijdelijk beschermden krijgen een lager financiële uitkering, eventueel aangevuld met ‘bonussen’ op basis van hun integratie-inspanningen. Klinkt misschien goed, maar als men weet dat de OCMW’ s nu al niet meer opgewassen zijn voor hun taak om aan mensen die een leefloon genieten een geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie aan te bieden dat hun echt kansen geeft op de arbeidsmarkt, dan wordt duidelijk dat deze extra voorwaarde vooral zwanger is van ‘voor wat hoort wat’ retoriek. Alle nieuwkomers moeten een bindende nieuwkomersverklaring ondertekenen. Permanent verblijfsrecht kan men maar verkrijgen mits geslaagd voor een taal- en inburgeringstest, en enkel voor wie geen beroep doet op bijstandsuitkeringen.
Recent onderzoek van REFUFAM toont aan dat integratie van nieuwkomers maar kan slagen als er aan een aantal basisvoorwaarden voldaan wordt. Erg belangrijk daarbij is toegang tot werk, huisvesting, onderwijs en taalverwerving. België scoort allesbehalve goed waar het gaat over kansen op het werk van vluchtelingen. Meestal zitten die vast in tijdelijk, onderbetaald werk in de informele economie. Ook de toegang tot huisvesting is een probleem, vooral omdat Vlaanderen met zijn criteria over de ‘lokale binding’ voorwaarden stelt aan toegang tot sociale huisvesting die niet haalbaar zijn voor wie nieuw is in de gemeente. Nieuwkomers belanden dikwijls op de informele woningmarkt met huizen in slechte staat, vaak aan woekerprijzen. De aankondiging in het regeerakkoord dat de LOI’ s zullen worden gesloten en vluchtelingen in de toekomst enkel nog in collectieve centra zullen worden opgevangen, helpt ook al niet bij het bevorderen van integratie. Want de overgangsperiode tussen leven in een opvangstructuur en wonen in een gemeente is een periode die extra ondersteuning verdient om integratie te doen lukken. Dat is makkelijker vanuit een LOI. Vluchtelingen die in een LOI opvang kregen, hebben een beter netwerk en zijn beter vertrouwd met de diensten van de gemeente die hen straks moeten helpen om een woning te vinden en hen op weg kunnen zetten naar sociale diensten en organisaties.
De verstrenging van het 'recht op gezinshereniging' is erg problematisch.
Een andere voorwaarde voor geslaagde integratie is dat vluchtelingen niet gescheiden moeten leven van hun gezin dat mogelijks vastzit een gevaarlijk conflictgebied. Daarom is de verstrenging van het recht op gezinshereniging voor vluchtelingen met een subsidiaire bescherming en voor personen met een verblijf op basis van humanitaire of medische regularisatie, erg problematisch. De aanvraag kan ook pas na twee jaar wettig verblijf. Bij gezinshereniging gelden opnieuw inburgeringsverplichtingen voor alle betrokkenen. Vluchtelingen moeten voortaan ook een inkomen kunnen bewijzen van 110% van het gewaarborgd gemiddeld minimum maandinkomen (GGMI) Dat is zowat 2.300 euro als basis +10% extra voor elk kind ten laste, waarbij sociale uitkeringen niet mogen worden meegerekend. Een erg zware barrière op gezinshereniging.
Niets uit het regeerakkoord wijst er op dat minder vluchtelingen opvangen beter zou om de integratie van wie wel toegelaten wordt te verbeteren. Het ganse hoofdstuk over asiel en migratie ademt een ingesteldheid uit die erin bestaat van ‘zo weinig mogelijk mensen binnenlaten, voor een verblijf van zo kort mogelijke duur en in de hoop dat ze genoeg zelfredzaam zijn en geen beroep doen op sociale uitkeringen en diensten in België’. Een vorm van welvaartschauvinisme dat kwetsbare mensen in armoede zal duwen. En dat ook zal leiden tot nog meer scheidingslijnen tussen Belgen en nieuwkomers. Dat is gevaarlijk en kortzichtig, want investeren in mensen is de beste garantie dat vluchtelingen sneller aan een toekomst kunnen beginnen en kunnen bijdragen aan de samenleving.
Samenleving & Politiek, Jaargang 32, 2025, nr. 3 (maart), pagina 6 tot 7
Abonneer je op Samenleving & Politiek

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.