Tegenover een georganiseerde rechterzijde staat een gefragmenteerde linkerzijde. Om een linkse beweging weer op te bouwen die gewicht in de schaal kan leggen, is een andere strategie én een andere taal nodig.

In heel Europa, en ook in België, voert de rechterzijde, van de meest gematigde tot de meest reactionaire flank, een methodische en gestructureerde cultuuroorlog. Ze construeert een verhaal, legt haar thema's op en organiseert haar krachten rond duidelijke doelstellingen. Hiermee geconfronteerd raakt links maar al te vaak verstrikt in interne twisten en eisen voor ideologische zuiverheid, wat haar doelmatigheid in de weg staat.
Rechts opereert met een strategische visie op de lange termijn. Ze investeert in denktanks, bouwt invloedrijke netwerken op en beheerst mediacodes. Ze stelt prioriteiten en bouwt allianties, zelfs tussen krachten met uiteenlopende belangen, zodra er een gemeenschappelijk doel ontstaat: het opleggen van haar ideologisch kader. Links is de dynamiek juist omgekeerd: er is sprake van aarzeling, angst voor compromissen en soms wordt er de voorkeur gegeven aan militant eigenbelang boven het verbreden van de maatschappelijke basis. De nadruk op doctrinaire consistentie en ideologische onverzettelijkheid leidt tot atomisering. Al te vaak krijgen interne verschillen voorrang boven gemeenschappelijke problemen. In plaats van een breed front te organiseren, debatteren we over de zuiverheid van het engagement, zijn we verdeeld over de semantiek en laten we het terrein zo over aan conservatieve krachten.
In plaats van een breed front te organiseren, debatteren we over de zuiverheid van het engagement en laten we het terrein zo over aan conservatieve krachten.
Maar de grootste mislukking van links is ongetwijfeld de toenemende vervreemding van een deel van de arbeidersklasse en bij uitbreiding de sociaal zwaksten in onze samenleving. Vroeger was het de drager van een emancipatorische visie, maar tegenwoordig wordt het door sommigen gezien als een technocratische of moraliserende kracht, die zich meer bezighoudt met nichedebatten dan met dagdagelijkse bezorgdheden. Het lijkt erop dat ze zich tot een deel van de samenleving richt, en niet tot de gehele samenleving. Sociale en ecologische rechtvaardigheid kan echter alleen worden bereikt door een beweging die zich tot iedereen richt, door de focus te leggen op de basisbehoeften van ieder, nu en in de nabije toekomst. Als links weer een drijvende kracht wil worden, moet het opnieuw verbinding maken met de basis, opnieuw investeren in leef- en werkplekken, en vooral geloofwaardige en mobiliserende perspectieven bieden.
ANDERE STRATEGIE
Het is een harde constatering, maar falen is niet onvermijdelijk. Om een linkse beweging weer op te bouwen die gewicht in de schaal kan leggen, is een grondige herziening van de organisatie en de strategieën nodig; van lokaal tot internationaal. Dit houdt onder meer volgende zaken in:
1. Verduidelijk doelstellingen en identificeer prioriteiten
De diversiteit aan gevoeligheden is een bron van rijkdom, mits deze rond een gemeenschappelijke basis is gestructureerd. Wat zijn de fundamentele strijdpunten? Welke zaken verenigen in plaats van verdelen? Het is essentieel om een duidelijke koers uit te zetten om verspreiding van krachten te voorkomen en een dynamiek van succes te herstellen.
2. Creëer ruimte voor dialoog en coördinatie
Rechts heeft denktanks, invloedrijke clubs en mediaplatformen kunnen opzetten. Links moet plekken van convergentie creëren, waar vakbonden, maatschappelijke verenigingen, burgergroepen en politieke partijen kunnen samenwerken, voorbij de logica van hun eigen specifieke achterban.
Links moet plekken van convergentie creëren, voorbij de logica van de eigen specifieke achterban.
3. Hervat de culturele en mediastrijd
Progressieve ideeën moeten terugkeren naar de publieke ruimte. Dit vereist de ontwikkeling van onafhankelijke media, de opleiding van effectieve woordvoerders en de opbouw van een toegankelijk discours dat zoveel mogelijk mensen aanspreekt. Het is niet langer voldoende om inhoudelijk gelijk te hebben, je moet weten te overtuigen.
4. Accepteer een zeker pragmatisme én een eenheid van handelen
Links zal geen succes hebben als het weigert zich te structureren rond gemeenschappelijke doelstellingen, zelfs als er op andere punten meningsverschillen bestaan. De geschiedenis leert dat grote vooruitgang het resultaat is van brede en strategische coalities. Links moet leren samenwerken, ondanks onze verschillen. Terwijl rechts pragmatisch weet om te gaan met allianties, aarzelt links vaak om zich te associëren met krachten die het te gematigd of te gecompromitteerd vindt. Resultaat: rechts boekt vooruitgang met een georganiseerde slagkracht, terwijl links worstelt met het realiseren van een gemeenschappelijk project.
Het is een structureel probleem, maar – nogmaals – niet onvermijdelijk. Links zou deze tendens kunnen overwinnen, maar dat vereist een verschuiving in de benadering van de politieke en culturele strijd. Die zou moeten starten met het accepteren van een zekere strategische en ideologische diversiteit, in plaats van te streven naar een perfecte afstemming die eerder uitsluit dan verenigt.
5. Ontwikkel een langetermijnvisie
Rechts heeft zijn hegemonie opgebouwd door er tientallen jaren in te investeren. Als links de trend wil omkeren, moet het een strategische visie aannemen, verder denken dan de electorale deadlines, en duurzame instrumenten ontwikkelen om zijn invloed op de lange termijn te structureren.
Als links de trend wil omkeren, moet het een strategische visie aannemen en verder denken dan de electorale deadlines.
De huidige politieke trend is echter niet alleen het resultaat van een overwinning van rechts, het is ook, of zelfs hoofdzakelijk, het onvermogen van links om zijn beloften waar te maken en zich aan te passen aan de nieuwe uitdagingen. Als links opnieuw een kracht voor verandering wil worden, moet het zijn zelfvernietigende logica doorbreken en opnieuw een beweging worden die geworteld is in de realiteit, die in staat is om tot de arbeidersklasse en de sociaal zwaksten in onze samenleving te spreken, en in woord en daad een geloofwaardig alternatief voor te stellen.
ANDERE TAAL
En dan. Deze cultuuroorlog, die dus als een verenigd front door de gehele rechterzijde wordt gevoerd, verloopt via woorden, via het gebruik van taal als wapen. Woorden geven de wereld niet alleen een naam, ze geven er ook vorm aan. Ze structureren onze waarnemingen en maken niet alleen zaken zichtbaar die anders in de schaduw zouden blijven of zelfs niet zouden bestaan. Het is precies dit vermogen dat Donald Trump en andere reactionaire leiders proberen te neutraliseren door bepaalde termen te verbieden. Als je een woord uitwist, probeer je de werkelijkheid die het woord aanduidt, uit te wissen.
Dit gebeurt nu in de VS. Door het verbieden van het woord ‘vervuiling’ probeert de regering-Trump de aandacht af te leiden van belangrijke milieuproblemen. Het verbieden van het woord ‘kwetsbaar’ betekent dat men weigert te erkennen dat er bevolkingsgroepen bestaan die aan een verhoogd risico worden blootgesteld. Hiermee wordt ontkend dat bepaalde mensen – vanwege hun sociale situatie, gezondheid, leeftijd of afkomst – speciale aandacht van het overheidsbeleid nodig hebben. Het uitwissen van het ‘recht op toegang tot’ is een aanval op het principe van sociale rechten, het fundament van de verzorgingsstaat. Want als we stoppen met praten over ‘recht op toegang tot’ veranderen we ze in voorwaardelijke ‘hulp’, in gunsten die kunnen worden verleend of ingetrokken volgens de ideologie van het moment. Het wegnemen van ‘diversiteit’ is doen alsof de Amerikaanse samenleving niet doordrongen is van meerdere realiteiten op vlak van gender, afkomst en culturen. Hiermee weigeren we toe te geven dat de erkenning van verschillen een centraal thema is van sociale rechtvaardigheid. Het verbieden van het woord ‘foetus’ is een nauwelijks verholen poging om de betekenis te verschuiven ten gunste van de antiabortusbeweging. Door niet langer over ‘foetus’ te praten, maar alleen nog over ‘ongeboren baby’ wordt geprobeerd een ideologische visie op het lichaam van vrouwen en hun reproductieve rechten op te leggen. En het verwijderen van de termen ‘evidence-based’ en ‘science-based’ opent de deur voor complottheorieën, pseudo-alternatieve waarheden en beleidsbeslissingen die gebaseerd zijn op overtuigingen in plaats van feiten. Dit is een regelrechte aanval op de wetenschappelijke rationaliteit en aanmoediging tot desinformatie.
Achter de censuur schuilt een politieke strategie: het aanpassen van taal om de werkelijkheid aan te passen.
Achter deze censuur schuilt een politieke strategie: het aanpassen van taal om de werkelijkheid aan te passen. In de wereld die Trump en zijn bondgenoten willen opleggen, is discriminatie geen probleem meer, verdwijnen niet-normatieve identiteiten, worden rechten privileges en wordt wetenschap gedegradeerd tot de status van mening. De reactionaire rechterzijde heeft dit goed begrepen: wie de taal beheerst, beheerst het publieke debat en de sociale normen. Deze cultuurstrijd vormt de kern van zijn ideologische offensief.
Als links weer een kracht voor verandering wil worden, kan het niet toestaan dat rechts alleen de voorwaarden voor het debat oplegt. Links heeft een andere taal nodig. Dit betekent onder andere:
1. Deconstrueer reactionaire eufemismen
Neem het taalgebruik van de rechterzijde niet over, maar veroordeel het. Spreek niet over ‘veiligheidsbeleid’ wanneer het draait om repressie en stigmatisering. Zeg geen ‘gezonde grenzen’ wanneer het gaat over uitsluiting en onmenselijkheid. Ontmasker termen als ‘cultuurstrijd’ wanneer ze dienen om structurele ongelijkheid te verdoezelen. Herken hoe zogezegd neutrale termen de status quo beschermen – en maak dat zichtbaar.
2. Investeer opnieuw in de woorden over sociale vooruitgang
Praat over ‘sociale rechten’ in plaats van ‘sociale prestaties’, en over ‘sociale rechtvaardigheid’ in plaats van ‘tolerantie’. Spreek over ‘solidariteit’ in plaats van ‘individuele verantwoordelijkheid’. Benoem menswaardigheid als fundament, niet als luxe. Herinner dat rechten geen ‘voorzieningen’ zijn, maar ‘verworvenheden’ die moeten worden verdedigd. Maak van woorden als ‘gemeengoed’, ‘zorgplicht’ en ‘herverdeling’ opnieuw kernbegrippen.
3. Vergroot de ruimte voor het produceren van progressieve verhalen
Media, cultuur en onderwijs moeten plekken zijn waar taal wordt teruggewonnen. Stimuleer journalistiek die macht bevraagt, niet bevestigt. Investeer in cultuur die alternatieven verbeeldt, in plaats van cynisme te reproduceren. Maak onderwijs tot een oefenruimte in democratie, waar kritisch denken en empathie centraal staan. Herstel vertrouwen in het woord als een vorm van verzet en verbeelding. Creëer allianties tussen kunstenaars, activisten, leraren en denkers die samen een nieuwe taal vormen.
Creëer allianties tussen kunstenaars, activisten, leraren en denkers die samen een nieuwe taal vormen.
Kortom, het censureren van woorden is geen autoritaire gril: het is een poging om de contouren van de werkelijkheid opnieuw te tekenen door bepaalde problemen onzichtbaar te maken. Links kan niet langer toeschouwer blijven. Want woorden beschrijven de wereld niet alleen, ze geven er vorm aan. En wie de taal beheerst, bepaalt de toekomst.
Samenleving & Politiek, Jaargang 32, 2025, nr. 5 (mei), pagina 52 tot 56
Abonneer je op Samenleving & Politiek

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.