Abonneer Log in

Don't look up: de antiklimaatlobby

Samenleving & Politiek, Jaargang 29, 2022, nr. 1 (januari), pagina 55 tot 59

Het is griezelig hoe in de film Don’t look up de Silicon Valley miljardair Peter Isherwell, en politieke sponsor van president Jean Orlean, het beleid naar zijn hand weet te zetten. Het doet denken aan de exclusieve toegang die techno-miljardair Bill Gates heeft tot Ursula Von der Leyen.

In Don't look up, de ietwat groteske en populaire Netflix-film, nemen onafhankelijke wetenschappers het op voor het voortbestaan van de mensheid en moeten ze daarvoor opboksen tegen een reeks onversneden Amerikaanse 'ismen': populisme, consumentisme, neoliberalisme en, oh ja, ook nog een Silicon Valley-miljardair én verkleuterde media. De film wil op satirische wijze aan een breed publiek laten zien van wat ons tegenhoudt in een efficiënte strijd tegen de klimaatontsporing.

En hoewel er kritiek klonk op de film, reageerden klimaatwetenschappers juist heel positief. 'Dit is de absurde wereld waarin wij al vele jaren, of zelfs decennia, leven: we tonen zwart op wit aan dat klimaatverandering het leven op aarde voor miljarden mensen geleidelijk tot een hel zal maken en de politiek blijft reageren als een bende struisvogels in een Processie van Echternach.'

Waarom en hoe? Dat is de vraag waar vele onderzoekers, journalisten en maatschappelijke organisaties zich al jaren mee bezighouden. Voor de Europese lobbywaakhond CEO zijn de oorzaken van de voortdurende klimaatinertie zo langzamerhand kraakhelder: de politieke macht en economische lobbykracht van fossiele energiebedrijven, energie-intensieve industrieën zoals agrochemie, cement en transport. Dat gekoppeld aan een diepgewortelde neoliberale ideologie en onwil of angst van de politieke wereld – progressieve partijen incluis – om de noodzaak van systeemverandering op de agenda te zetten.

'DE ZAKEN RUSTIG OP EEN RIJTJE ZETTEN'

Schrijver en milieuactivist, George Monbiot, herkende in Don't look up zijn wanhoop en schreef in The Guardian: 'De hamvraag van onze beschaving is naar mijn mening de volgende: waarom haasten landen zich om de banken te redden [in 2008], maar niet de planeet?'

De initiële reactie van de Amerikaanse president Jean Orlean (gespeeld door Meryl Streep) is: 'Sit tight and assess'. De verkiezingen komen eraan, en dan wil je kiezers niet lastigvallen met apocalyptische verhalen (denk aan de beroemde quote van Bruno Tobback).

'De zaken rustig op een rijtje zetten' is precies wat ook de Europese politiek inzake klimaatbeleid decennialang heeft gedaan, met dank aan de lobby. De tactieken die de lobbyisten en topshots van de fossiele industrie vanaf begin jaren 1880 gebruikten kwamen rechtstreeks uit de 'toolbox' van de tabaksindustrie in de jaren 1960. Deze zelfverklaarde 'merchants of doubt' slaagden erin om met het zaaien van wetenschappelijke twijfel, de politieke inertie aan te wakkeren en zo noodzakelijk milieu- of gezondheidsbeleid af te zwakken, uit te stellen of zelfs het probleem helemaal weg te cijferen.

'Sit tight and assess' is intussen geen kwalificatie meer die je aan het Europese klimaatbeleid kunt geven, de urgentie wordt erkend en de Green Deal staat 'mooi op papier'. Maar helaas blijkt de term greenwashing wél steeds vaker van toepassing op het EU-beleid.

Want helaas, op zijn best komt het huidige beleid neer op 'groen kapitalisme' overgoten met een wrang smakende, groenslijmerige ecomodernistische en geopolitieke saus. Het wansmakelijke recept in menig Europees machtscentrum (en daarbuiten) is: 'Gebruik lege huls begrippen als 'net zero by 2050'; raak de investeerders en machtige multinationals, en al zeker onze Europese kampioenen, niet te veel in hun machtspositie, want alleen zij kunnen ons redden; verontrust 'de mensen' (en ook de 'beleggende burger') vooral niet door hen te vragen om te consuminderen en wat gas terug te nemen; steun en promoot de door het bedrijfsleven en miljardairs voorgestelde 'technofix-oplossingen' als CCS (koolstof-opslag), waterstof (en dus gas), kernenergie 2.0, koolstofmarkten, carbon offsetting in verre landen, clean fuels, biotechnologie in de landbouw, en overgiet deze regelmatig met miljarden euro belastinggeld'. Dit alles even laten door sudderen tot 2030 en… tel uit je winst.

LEUREN VIA DRAAIDEUREN

Het op 1 januari begonnen Franse voorzitterschap van de EU gebruikt precies dat recept. Uit ons jongste rapport ('Under the Influence. The Distorted Priorities of the French EU Council Presidency'), in samenwerking met Observatoire des Multinationales, blijkt dat dit een voorzitterschap wordt dat in zeer nauwe samenwerking met het Franse bedrijfsleven is voorbereid met een beleidsagenda die de eisen van het bedrijfsleven sterk weerspiegelt. President Macron, tevens in presidentiële verkiezingsmodus, lijkt er al in te slagen om de cruciale Europese Taxonomy-wetgeving uit te hollen, door gas en kernenergie als 'duurzaam en groen' te kwalificeren. Volgens de door Macron benoemde eurocommissaris, zakenman Thierry Breton, is het 'EU-plan om kernenergie en aardgas te bestempelen als groene energiebronnen een essentiële stap om hier voldoende financiering voor aan te trekken'.

Er zijn talloze voorbeelden van draaideurpolitiek. Ambtenaren en politici gaan werken voor het bedrijfsleven, en vice versa.

Om er maar eentje te noemen: de voormalige ambassadeur van Frankrijk bij de EU werkt nu voor een advocatenkantoor dat voor geheime klanten lobbyt over EU-arbeidsrechten, en zit in de raad van bestuur van Areva (kernenergie) en energiereus EDF.

De voormalige ambassadeur van Frankrijk bij de EU zit nu in de raad van bestuur van Areva (kernenergie) en energiereus EDF.

Sinds 2015, het jaar van COP21, was die andere fossiele Franse energiereus TotalEnergies betrokken bij zeker 15 draaideurzaken op hoog niveau en spendeerde het zeker 13 miljoen euro aan EU-lobby.

Neem nu oud minister uit Nederland, Maria van der Hoeven. Zij was lid (2016-2019) van de expertengroep inzake decarbonisatie van de Europese Commissie en daarvoor directeur van het Internationaal Energieagentschap: ze is sinds 2016 onafhankelijk lid van de raad van bestuur van Total. Tijdens een recent webinar, medegeorganiseerd door olie- en gasbedrijf Petronas, beweerde ze: 'Het lijdt geen twijfel dat de wereld op weg is naar net zero in 2050, en fossiele brandstoffen zullen daar deel van uitmaken.'

Draaideurpolitiek is helaas geen louter Franse aangelegenheid. Eind oktober, vlak voor de start van COP26 in Glasgow, publiceerden we onderzoek naar de draaideurpolitiek. We beschreven 71 voorbeelden waarbij de publieke sector (nationale overheden en agentschappen, de EU en internationale instellingen), zes grote energiebedrijven (Shell, BP, Total, Equinor, ENI en Galp) én vijf van hun lobbygroepen (Hydrogen Europe, Eurogas, FuelsEurope, IOGP en CEFIC) werden onderzocht op hun klimaatlobby-activiteiten tussen tussen 2015-2021 (tussen COP21 en COP26).

Naast de 71 in het oog springende draaideurzaken, waren er 568 ontmoetingen met topambtenaren van de Europese Commissie en spendeerde deze lobby in Europa een bedrag van ruim 170 miljoen euro.

Dit soort cijfers vertellen niet alles, maar zijn belangrijk omdat ruim twee derde van de door de mens veroorzaakte broeikasgasemissies komt van deze fossiele-brandstofindustrie. Hun grip op de politieke besluitvorming is een belangrijk obstakel voor de aanpak van de snel ontsporende klimaatcrisis. Het resultaat is dat de fossiele industrie het besluitvormingsproces van de EU nog altijd deels in haar greep houdt, en dat de belangen van de energiesector in alle politieke instellingen worden 'genormaliseerd'.

MILJARDAIRS EN INNOVATIES

Het is griezelig hoe in de film Don't look up de Silicon Valley miljardair Peter Isherwell en politiek sponsor van president Jean Orlean, het beleid naar zijn hand weet te zetten. Mij deed dat onmiddellijk denken aan de exclusieve toegang die techno-miljardair Bill Gates heeft tot Ursula Von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie inzake (onder andere) klimaatbeleid. In brieven aan Von der Leyen staat te lezen hoe Gates zijn 'Breakthrough Energy Catalyst' programma aan meer Europese miljoenen helpt en zijn ecomodernistische visie in het hart van de macht plaatst.

Laten we wel zijn: geen weldenkend mens is tegen innovatie of wetenschappelijk onderzoek. Maar als het om niet bewezen technologie gaat of dient als politieke schaamlap voor het intussen volop door laten draaien van de drilboren bij nieuwe olie- en gasbronnen, dan lijken die investeringen in innovatie in de context van klimaaturgentie eerder op malversatie. Of zoals een wanhopige George Monbiot recent op een Brits tv-show nog eens in herinnering bracht: vanaf 2030 op zijn allerlaatst moeten we fossiele brandstoffen in de grond laten om de meest dramatische klimaatverandering te voorkomen. Daar hoor je zelden een politicus over.

Eén van de grootste recente lobbysuccessen is het door de EU omarmen en zwaar subsidiëren van waterstof als zogenaamde schone energiebron. De zogenaamde 'Europese waterstofstrategie', die in juli 2020 door de Europese Commissie werd aangekondigd, is in feite een 'paard van Troje' voor de gasindustrie, die erin slaagde massaal steun van de belastingbetaler te krijgen voor investeringen. Het was de conclusie van een CEO-onderzoeksrapport ('The Hydrogen Hype. Gas Industry Fairy Tale or Climate Horror Story?') gebaseerd op honderden interne documenten. Auteur Belén Balanyá zei destijds: 'Vandaag wordt minder dan 0,1% van de in Europa geproduceerde waterstof geproduceerd met hernieuwbare elektriciteit en dus echt groen. Ruim 90% wordt geproduceerd met fossiele brandstoffen. Maar dankzij een gecoördineerde, massale lobbycampagne heeft de gasindustrie zich verzekerd van enorme subsidies. Elke beleidsmaker zou moeten erkennen dat de waterstofhype van de gasindustrie niets te maken heeft met het aanpakken van de klimaaturgentie, maar alles met de status quo: het waarborgen dat het bedrijfsmodel van energiereuzen relevant – en winstgevend – blijft.'

De gas- en waterstoflobby gaf op een jaar tijd bijna 60 miljoen euro uit aan het beïnvloeden van Europese beleidsmakers

De gas- en waterstoflobby gaf op een jaar tijd bijna 60 miljoen euro uit aan het beïnvloeden van Europese beleidsmakers, en had tussen december 2019 en september 2020 meer dan 13 keer per maand een ontmoeting met belangrijke EU-commissarissen en hun kabinetten. Het brein achter twee van de meest invloedrijke groepen die de waterstofhype promoten, ('Hydrogen Europe' en 'Hydrogen Council') is het Amerikaanse pr-bedrijf FTI Consulting, dat in 2020 in de VS werd ontmaskerd door The New York Times voor het oprichten van fake pro-fossiele maatschappelijke organisaties in opdracht van Big Oil en Gas.

De niet zo edele kunst van het lobbyen is voor fossiele bedrijven en hun investeerders niet alleen belangrijk om effectief klimaatbeleid te vertragen maar in hun voordeel te draaien. Het waren onderzoeksjournalisten die het afgelopen jaar blootlegden dat 'van de honderd Europese industriële bedrijven die de meeste broeikasgassen uitstoten, er negentig sinds 2008 niets of vrijwel niets hoeven te betalen voor hun vervuiling'. Of sterker nog: een aantal van hen verdient fors aan het Europese Emissiehandelssysteem (ETS). Mede hierdoor is de totale uitstoot van de industriële sector het afgelopen decennium niet gedaald in Europa.

COP26

De recente klimaatconferentie COP26 in Glasgow was een ramp voor mens en planeet, in het bijzonder voor de landen in het Zuiden die in de frontlinie van de klimaatverandering staan. De definitieve COP26-tekst, die door de civiele samenleving is verworpen, weerspiegelt de agenda van de rijke ontwikkelde landen en hun olie- en gasindustrieën. Op vrijdag, officieel de laatste dag van de COP, verlieten maatschappelijke organisaties onder leiding van inheemse jongeren uit protest de onderhandelingszalen.

Terwijl veel afgevaardigden uit het Zuiden niet aanwezig waren, was er één delegatie met ruim 500 lobbyisten sterk aanwezig: de fossiele brandstofindustrie. Als deze sector een land was geweest, zou het de grootste delegatie op COP26 zijn geweest.

In de aanloop naar COP26 zei de CEO van olie- en gasconcern Shell: 'We kregen te horen dat we niet welkom waren, dus we zullen er niet zijn.' Toch had Shell zeven geregistreerde lobbyisten waaronder hoofd klimaat, David Hone. De Noorse staatsolie- en gasgigant Equinor had ook minstens zeven afgevaardigden geregistreerd, waaronder Amber Rudd, voorzitter van Equinor UK's International Advisory Group. Rudd was tot september 2019 een Britse kabinetsminister onder Boris Johnson, en was eerder staatssecretaris voor Energie en Klimaat. Maar in 2020 ging ze door de draaideur om bij Equinor aan de slag te gaan.

Ondanks dat de fossiele industrie zich poogde bescheiden op te stellen en op de huid werd gezeten door activisten, waren de vingerafdrukken van de olie- en gasindustrie duidelijk in de definitieve onderhandelingstekst te vinden. Hoewel fossiele brandstoffen voor het eerst expliciet vermeld worden (een stap voorwaarts), is wat werd weggelaten even belangrijk. In de tekst is sprake van het 'geleidelijk afbouwen' van steenkool, maar de VS, de EU en Noorwegen hebben er halsstarrig voor gezorgd dat olie en gas werden weggelaten in deze context, ondanks pogingen van India om ze op te nemen. Dat komt omdat Exxon, BP, Shell en Equinor al jaren geleden besloten dat steenkool moest worden opgeofferd om hun eigen bedrijfsmodel op basis van gas te kunnen presenteren als de 'schone' optie, de 'klimaatvriendelijkste fossiele brandstof'. Dit verklaart ook waarom fossiel gas centraal staat in de Europese en Amerikaanse net-zero plannen – zowel van regeringen als van bedrijven.

Die 'net zero by 2050' is een centraal onderdeel van de overlevingsstrategie van Big Oil en Gas en stond op de COP26 zelfs centraal. De fossiele industrie gebruikt het (boekhoudkundige) concept 'net zero' om te beweren dat ze deel uitmaakt van de aanpak van de klimaatverandering. Dit terwijl hun 'net zero'-plannen stuk voor stuk uitgaan van de winning van fossiele brandstoffen tot 2050.

Volgens uitgelekte documenten zullen wereldwijd liefst 800 nieuwe olie- en gasbronnen worden aangeboord vóór het einde van 2022. De industrie beweert dat ze haar groeiende uitstoot kan compenseren via koolstofmarkten, boscompensaties in andere landen ('nature based solutions') en experimentele technologieën zoals het afvangen en opslaan van koolstof in bio-energie.

De 'net zero-greenwashing' werd tijdens COP26 dankbaar overgenomen door de financiële sector, oftewel de financiers van de fossiele industrie. In zijn rol als speciale COP26-adviseur van zowel de VN als het VK richtte de voormalige gouverneur van de Bank of England, Mark Carney, de 'Glasgow Financial Alliance for Net Zero' op. Deze alliantie kreeg de opdracht het financiële systeem te 'transformeren' om de klimaatverandering aan te pakken. Maar in het hart van deze alliantie zitten dezelfde kapitaalkrachtige financiële instellingen die fossiele brandstoffen, ontbossing en andere praktijken financieren. Zo kregen bedrijven als BackRock, JP Morgan Chase en HSBC een gouden kans om hun vuile imago's op te poetsen. Deze 'COP26 van de laatste kans' werd daarmee het grootste financiële greenwash-evenement in de geschiedenis.

Deze 'COP26 van de laatste kans' werd het grootste financiële greenwash-evenement in de geschiedenis.

WAT MOET ER GEBEUREN?

Luisteren en handelen naar de klimaatwetenschap, het drastisch inperken van de toegang van hun lobbyisten tot beleidsmakers en politici ('Fossil free politics'), het opbreken van de economische macht van de fossiele industrie, een duurzame, hernieuwbare en decentrale energieopwekking uitbouwen in handen van lokale en regionale gemeenschappen, de financiële sector belasten op klimaatonvriendelijke investeringen of ze verbieden.

Ja, dat betekent het breken van macht en systeemverandering. Iets waar politici van welke kleur dan ook nooit over spreken. Onrealistisch? Tja, 'don't look up'?!

Samenleving & Politiek, Jaargang 29, 2022, nr. 1 (januari), pagina 55 tot 59

MACHT

Exorbitante marktmacht maakt economie ziek
Jan Eeckhout
De aard van de 1%
Diliara Valeeva
Alle inkomsten zijn gelijk, maar sommige...
Jan Verschooten
Hoe sterk is het sociaal overleg nog?
Maarten Hermans
De weg naar meer democratisch bestuur in de onderneming
Julie Battilana en Isabelle Ferreras
Als je werkgever een app is
Lode Lauwaert
Stop Facebook
Jeroen Baert
Don't look up: de antiklimaatlobby
Hans Van Scharen
De (on)macht van Alexander De Croo
Kris Hoflack
Het tijdperk van de demagoog
Rob Devos
Taal is klassenstrijd
Robrecht Vanderbeeken en Karim Zahidi
We zijn meer dan veredelde partijsoldaten
Jaro Verberck

Abonneer je op Samenleving & Politiek

abo
 

SAMPOL ONLINE

40€/jaar

  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
MEEST GEKOZEN

SAMPOL COMPLEET

50€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
 

SAMPOL STEUN

100€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*
 

SAMPOL SPONSOR

500€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via info@sampol.be of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de Algemene voorwaarden.

Je betaalt liever via overschrijving?

Abonneren kan ook uit het buitenland.

*Ontdek onze SamPol draagtas.